Hergeboorte van AR en VR
Er zijn een aantal technologieën die al langere tijd op de planken liggen, maar waar recent weer enthousiasme voor is ontstaan. Zoals Virtual- en Augmented Reality: Virtual Reality (VR) is een andere realiteit aan een gebruiker bieden. Augmented Reality (AR) is een informatielaag over de realiteit heen leggen.
Eind februari organiseerde Digital Wednesday daarom een avond over VR en AR.
Er zijn diverse redenen voor deze hernieuwde aandacht: De kracht en alom aanwezigheid van smartphones, waardoor miljoenen mensen dagelijks werken en spelen met Pokemon Go, Snapchat- en Facebook-filters en Google Translate. De grote tech-bedrijven geven ineens miljarden uit aan VR-systemen, zoals Microsoft Hololens, Facebook’s Oculus rift en Magic Leap. En voor AR hebben Apple en Google sinds kort developerskits gemaakt (AR Kit en Google ARCore), waardoor hier veel meer en sneller in ontwikkeld kan worden.
Tot zover het gebruikelijke push-geweld, wat zoveel zegt als: “wij geloven het, dus gebruik het nu, mensen!” Maar die formule hebben we vaker zien falen: dat de technologie er is betekent nog niet dat mensen er naar omkijken.
Augmented liever dan Virtual?
Toch is er wat aan de hand als Professor Michael Porter van Harvard Business School zich er mee gaat bemoeien. In de Harvard Business Review van November/December 2017 zegt hij in “A manager’s guide to augmented reality” dat AR helpt in bijna elk deel van de added value van organisaties. En dat augmented reality (niet: virtual reality) niet alleen leuk is, maar dat het tastbare voordelen in omzet en kosten geeft.
Reden genoeg om nog een keer te kijken wat mogelijk is in de wereld van AR en VR. De drie sprekers van de avond belichtten allemaal een ander deel van de mogelijkheden van deze technieken:
Fleur Stiels, Dutch Rose Media: Ervaar de Immersive Experience
Volgens Fleur is het mogelijk om niet alleen nerds, maar ook gewone gebruikers deze techniek te laten gebruiken. Dit kan je doen door de focus te leggen op de Experience die de gebruiker krijgt en niet de techniek. Haar bedrijf biedt daarom met AR mensen een “immersive experience”. Dat kan bij uitstek goed werken in organisaties en bedrijven in de vrijetijdssector, waar veel mensen gebruik maken van hun mobiele telefoon.
Ze verwees naar de smartphones, die al 10 jaar de mogelijkheid van AR hebben. Maar pas door apps zoals Pokemon Go, Snapchat- en Facebook filters en Google Translate kwam er zo’n bijzondere ervaring, dat grote groepen mensen nu pas de apps daadwerkelijk gebruiken – zonder dat ze eerst doorhebben om wat voor technologie het hier gaat. Pas na zo’n experience kan je mensen verleiden om de functionele en praktische kant te bekijken.
Jos Westerkamp – Twnkls: De business value van Augmented Reality
Jos vertelde dat zijn bedrijf een duidelijk motto heeft: “We empower operators”. Zij laten zien dat er een duidelijke functionele kant aan AR zit, met grote voordelen. In supermarkten én in de zware maakindustrie. En dat is opgevallen, want Twnkls is door professor Michael Porter als AR-voortrekker genoemd. Zijn bedrijf heeft Ikea Place ontwikkeld, eenAR-app waarmee je meubels mee kunt selecteren en virtueel kunt bekijken in je eigen huis. Je ziet ze in ware grootte voor je en kunt zo bepalen of het past en of de kleur bijvoorbeeld overeen komt met je interieur.
Met de app van Rexel kan je zelf bepalen hoe en waar je zonnepanelen op een dak kunt plaatsen. De app berekent automatisch wat de terugverdientijd van de panelen is op basis van de hoek en locatie van het dak. De voordelen van deze toepassingen zijn groot: ze verkorten het verkoopproces, zorgen ervoor dat het meten van zonnepanelen nu in 20 minuten gebeurt en ze helpen sneller omzet te genereren. Voor consumenten zijn ze handig omdat ze voorkomen dat je een miskoop doet.
Een andere toepassing wordt gebruikt bij Wemo. Dit is een bedrijf dat plaatstaal maakt. Hiervoor is een augmented reality-app gebouwd, waardoor een operator meerdere machines kan bedienen. Hierdoor is 30% meer efficiency behaald en zijn er 90% minder faalkosten. Verder is remote assitance mogelijk voor de operator, als er hulp van buitenaf nodig is.
In de vragenronde na afloop van de presentatie bleek dat dit soort serieuze apps een redelijke prijs hebben: we moeten denken aan 50.000 euro per app. Om dat goed te maken zijn de geschetste voordelen in omzet en kosten echt nodig.
Stephan van den Brink – Manus VR: Tastbaar maken van VR
Manus VR maakt een high tech-handschoen, waarmee het mogelijk is om met je handen in real-time interactie te hebben met virtual reality. Dit soort gloves zijn niet nieuw, pionier Laron Janier liet ze al zien in 1990. Verder worden ze al veel gebruikt in de gaming industrie. Maar Stephan vertelde dat het erg moeilijk is om de beweging van handen en zeker vingers precies goed te krijgen: niet alleen hoe ze eruit zien in VR, maar vooral als je met je handen iets nauwkeurig moet oppakken, verschuiven of gooien. Dat blijkt razend moeilijk te zijn.
Daarom, en door de hoge kosten, wordt VR nu gebruikt om producten of situaties na te bootsen – zoals voor het bouwen en bekijken van prototypes in de auto industrie. Voor het besparen van tijd en kosten en bijvoorbeeld om gevaarlijke of complexe simulaties te trainen.
Een prachtig voorbeeld hiervan is dat de handschoenen gebruikt worden door NASA astronauten om te trainen voor het International Space Station. In deze speciale situatie moeten astronauten diverse handelingen doen, waar je liever geen fouten bij maakt. Dan is het goed als ze hun handen in VR precies en op het juiste moment doen, wat ze later in het echt gaan doen. Andere toepassingen zijn als je wilt samenwerken aan eenzelfde product, maar je zit op verschillende locaties zit. Of als je het ontwerp proces wil verbeteren of versnellen.
Opvallend was dat Stephan direct een reality check deed over VR: het is nog niet massaal aangeslagen door een combinatie van factoren: Virtual Reality is nu nog te passief, er is weinig interactie. De meerwaarde is nog niet echt duidelijk – het wordt teveel gezien als een gimmick. De content is matig, het systeem en de ontwikkeling is duur; het is ingewikkeld en opvallend genoeg: tot nu toe is er verkeerde marketing voor gedaan. En hebben films de verwachtingen hiervan te hoog opgeblazen.
Stephan vertelde mij dat hij gelooft dat het nog 10 jaar gaat duren, voordat VR echt breed geaccepteerd wordt. Tot die tijd zal VR vooral gebruikt worden in de B2B-enterprise wereld.
Conclusie
Gaat VR/AR deze keer wel slagen?
De drie sprekers waren nog voorzichtig: levert de toepassing een echte experience op? Geeft het echt toegevoegde waarde voor je organisatie? Is er sprake van een complexe of zelfs gevaarlijke situatie?
Toch is er al jaren ervaring met AR voor communicatie heeft een zeer groot publiek ervaring hiermee. Dit gaat niet meer weg, denk ik. VR gaat ook niet meer weg, maar de brede acceptatie zal nog wel een tijd duren.
Ik was positief onder de indruk van de concrete toepassingen en voordelen die het fúnctionele gebruik van AR oplevert. Omdat deze voordelen nu zo meetbaar zijn, verwacht ik dat we hier snelmeer toepassingen gaan zien.
Het was daarom niet vreemd dat deelnemers van Digital Wednesday gratis advies aangeboden kregen om de voordelen van AR/VR voor hun bedrijf te bekijken. Dat kan ik vooral B2B bedrijven van harte aanbevelen ook te doen.
Bekijk de video’s van de presentaties: Fleur/Dutch Rose Media; Jos/Twnkls, Stephan/ManusVR.